Mt.9,9-13 (2/7/2021)
Jezus ging van daar verder en zag een zekere Matteüs bij het tolhuis zitten. “Volg mij,” zei hij tegen hem, en hij stond op en volgde Jezus.
Jezus ging in op zijn uitnodiging voor een afscheidsmaal. En kijk: Veel tollenaars en zondaars kwamen ook en lagen mee aan tafel met Jezus en zijn leerlingen. Toen de Farizeeën dit zagen, insinueerden ze tegen zijn leerlingen: “Waarom eet die meester van jullie met tollenaars en zondaars?”
Maar Jezus had dit gehoord en antwoordde: “Niet de gezonden hebben een dokter nodig, maar de zieken. Ga, en onderzoek wat dit wil zeggen. Mededogen wens ik, geen holle offers. Niet om de rechtvaardigen te roepen, ben ik gekomen, maar de zondaars.”
Straf stukje Evangelie, bevrijdende boodschap, hoor, als je er ook maar even over nadenkt! “Waarom eet die meester van jullie met tollenaars en zondaars?” Ja, waarom? Antwoord eens, jij, leerling van díe meester? En het gaat ‘van kwaad naar erger’: hij eet er niet alleen mee, hij vraagt ze ook als volgeling!
Sta ik, die me toch ook volgeling van die meester noem, dan in dát rijtje?
Ja! …
En hoe bevrijdend is dat!, te weten dat Jezus mij in al mijn schamelheid blijkbaar de moeite waard vindt om er zijn boodschap in de wereld mee te vestigen. Mededogen, hoe zachtaardig en onooglijk ze soms ook mag lijken, is een enorme hefboomkracht. Iets kleins, dat iets heel groots in beweging zet.
Het kan geen toeval zijn dat de evangelist Matteüs hier de tollenaar bij zijn naam noemt: Matteüs! Het ziet er niet naar uit dat hij het zelf was (daarvoor draagt zijn tekst teveel sporen van een iets latere datum (ca.70 na Chr.)), maar minstens herkende hij zich in hem. Het mededogen dat uit deze gebeurtenis straalt, zet alvast hem in beweging om zijn Evangelie te schrijven, dat op zijn beurt al vele eeuwen mensen in beweging zet …
… tot het ook mij in beweging zet …? tot mededogen …