Mc.9,38-43.45.47-48 (29/09/2024)
38 Johannes bracht nu in:
“Meester, wij hebben iemand gezien
die in jouw naam demonen uitdrijft
maar die ons niet volgt.
Daarom hebben wij geprobeerd het hem te verhinderen.
39 Maar Jezus zei: “Verhinder het hem niet!,
want niemand zal in mijn naam een machtige daad doen
en tegelijk kwaadspreken over mij.
40 Want wie niet tegen ons is, is vóór ons!
41 Ja, wie jullie een beker water te drinken zal geven
in naam dat jullie van Christus zijn,
amen, ik zeg jullie:
die zal zijn loon niet ontgaan.
42 En wie één van deze kleinen die in mij geloven doet struikelen,
het ware beter voor hem
om met een molensteen om de nek in zee geworpen te worden.
43 Als je hand je doet struikelen [skandalizo], hak haar af!
Want het is beter voor je
verminkt het leven binnen te gaan,
dan met twee handen naar de gehenna te gaan,
naar het onblusbaar vuur.
45 En als je voet je doet struikelen, hak hem af!
Want het is beter voor je
mank het leven binnen te gaan,
dan met twee voeten in de gehenna geworpen te worden.
47 En als je oog je doet struikelen, ruk het uit!
Wat het is beter voor je
eenogig het leven binnen te gaan,
dan met twee ogen in de gehenna geworpen te worden,
48 waar de wormen blijven knagen
en het vuur niet wordt gedoofd. [Jes.66,24]
Wat paus Franciscus over dit Evangelie zal zeggen, kan ik op dit moment niet weten, aangezien dit commentaar natuurlijk vóór vandaag geschreven werd. Ik mag hopen dat het ook met mildheid én radicaliteit is, wat hier toch wel herkenbaar is.
Mildheid is er in het “ons niet volgen”. Jezus was blijkbaar niet krenterig op zijn boodschap. Ook moesten blijkbaar niet per se alle details overeenkomen, eer hij kon (h)erkennen dat iemand ‘zijn taal’ sprak. als het goede – Go(e)de – maar gebeurt, lijkt hij te zeggen.
Radicaliteit is er wel in hoever je moet gaan in het beleven van die boodschap. Uiteraard gaat het hem niet over de letterlijkheid van de hier gegeven voorbeelden, maar over het feit dat je woorden je daden moeten volgen en dat het Evangelie ons oproep in die daden ver te gaan.
Misschien zijn Christenen wel precies daaraan te herkennen, waar ze die mildheid en radicaliteit – hoe paradoxaal ook – sámen weten te beleven? Waar het een óf het ander ontbreekt, denk ik dat Jezus toch soms zou zeggen dat het niet klopt …