Lc. 21,34-36 (28/11/2020)
“Neem jezelf in acht!, dat je hart niet wordt bezwaard door brasserij en dronkenschap en door zorgen om je levensonderhoud,
en dat die dag niet plots voor je komt te staan als een klapnet. Hij zal komen over allen op heel de wereld.
Waak dan, op elk moment, en bid dat je standvastig mag zijn, deze dingen, die op het punt staan te gebeuren,
zou ontvluchten en mogen standhouden voor de mensenzoon.”
(Dit commentaar vormt een vervolg op dat van gisteren (zie hieronder).)
Maar ondertussen, in de overgangstijd zelf, verlopen de dingen natuurlijk behoorlijk weerbarstig en dus lastig.
Het is dan een begrijpelijke en menselijke reactie om uitwegen/uitvluchten te zoeken of onze last wat te verdoezelen met ‘leuke dingen’
(ook ‘cocoonen’ is populair in onze dagen, en ook ‘shoppen’).
Jezus’ ‘Evangelie’ in deze dagen – zijn bevrijdende boodschap! – is er net níet een die de dingen verdoezelt, hoe lastig ze ook zijn.
Nee, hij probeert juist onze ogen te openen zodat we ons er niet door laten vangen (als door een klapnet)!
Hij raadt ons juist aan – hoopt van ons, als zijn leerlingen – dat wij dát soort al te menselijke reactie zouden ontvluchten,
om ‘wakker’ voor G-d te staan … om ‘wakker’ ín G-d te staan!
(wordt vervolgd …)