Lc.9,51-56 (1/10/2024)
51 Nu gebeurde het,
toen de dagen van zijn erkenning vervuld zouden worden,
dat Jezus vastberaden
zijn weg ging naar Jeruzalem.
52 Hij zond boden voor zich uit.
Die kwamen in een Samaritaans dorp
om zijn komst voor te bereiden.
53 Maar zij wilden hem niet ontvangen
omdat zijn weg ging naar Jeruzalem.
54 De leerlingen Jakobus en Johannes reageerden hierop:
“Heer, wil je dat wij vuur van de hemel afroepen
om op hen neer te komen en hen te verteren,
zoals ook [de profeet] Elia gedaan heeft?” [2Kon.1,9-15]
55 Maar Jezus keerde zich af
en wees hen op strenge toon terecht:
“Jullie beseffen niet welke geest in jullie leeft!
56 De mensenzoon is niet gekomen
om mensen verloren te doen gaan,
maar om ze te behoeden.”
En zij trokken naar een ander dorp.
Dit is dé scharnierpassage uit het Lucasevangelie. Tot nu toe gebeurde zijn verkondiging in het gebied van Galilea, een buitenprovincie. Vanaf nu gaat het richting Jeruzalem, de hoofdstad.
Niet voor niets staat er dat hij dat “vastberaden” deed. In Galilea was al snel duidelijk geworden dat zijn manier van spreken en handelen weerstand opriep, niet zozeer bij het gewone volk, maar juist bij de religieuze overheden. Naar de hoofdstad trekken, was ‘naar het hol van de leeuw’ trekken. Maar Jezus had ondertussen wel door dat als hij werkelijk de bevrijdende weg wilde gaan, zoals die in de Schrift gewezen wordt, hij ‘moest’ dóórgaan, ook tot op dat kritieke punt waar zijn eigen leven op het spel zou staan.
De leerlingen die hij voor zich uit zendt, hebben het nog maar half door. Ja, radicaal en vurig willen ze wel zijn, maar dat Jezus’ radicaliteit ook zachtmoedigheid en niet-veroordelen inhield, dat moesten ze nog leren. In zijn Naam geen geweld!
Toch blijft Jezus ook niet in een dorp dat hem eigenlijk niet wil ontvangen … – daar valt over na te denken wat dat voor ons vandaag kan betekenen …