Mt.13,47-52 (30/09/2024)
47 “En opnieuw.
Het koningschap der hemelen is te vergelijken met
een sleepnet dat neergelaten wordt in het meer
en allerlei soorten [vissen] bijeenbrengt.
48 Als het vol is, trekt men het op de oever,
men gaat zitten en verzamelt de goede [vissen] in kuipen,
de slechte werpen ze weg.
49 Zo zal het zijn bij de voleinding van de tijden.
De engelen zullen er op uittrekken
en zij zullen de slechten [verdwaasden]
van de rechtvaardigen [integeren] scheiden
50 en hen in de vuuroven werpen.
Daar zal er geween en tandengeknars zijn.”
51 Jezus vroeg hen nu:
“Hebben jullie dit alles begrepen?”
“Ja”, antwoorden zij.
52 Nu zei hij:
“Zo lijkt iedere schriftgeleerde
die leerling is geworden in het koningschap der hemelen
op een huisvader
die uit zijn schat oud en nieuw voortbrengt.”
Opnieuw een gedachtenisviering van een van onze vroege kerkleraars, Hiëronymus (Jeruzalem/Rome, 340-420). Daarmee doen we, net als hij, wat Jezus ons hier opdraagt: “als een goede huisvader uit de schat oud en nieuw voortbrengen.”
Hiëronymus deed dat (o.a.) door de eerste volledige Latijnse (= volkstaal van toen!) bijbelvertaling te maken op basis van de grondtalen van de oorspronkelijke Schriftteksten. Wij kunnen dat doen door deze en andere ‘schatten uit onze bijzonder rijke spirituele traditie’ op te delven, te leren kennen én ze opnieuw inspirerend te laten zijn voor ons leven. – Soms is het merkwaardig te zien hoeveel moeite mensen doen om andere, minder voedende zaken, te verwerven, terwijl ze zo weinig moeite doen om hun eigen geloof met meer diepte en zin voor historiciteit te leren kennen.
“Het net uitwerpen” in de zee van onze rijke traditie, levert nochtans “allerlei soorten goede vissen” op! En het is pas als wij thuis raken in die ‘schat’, dat wij “er oud en nieuw uit kunnen voortbrengen”.