Mt.13,47-53 (3/08/2023)
47 “En opnieuw.
Het koningschap der hemelen is te vergelijken met
een sleepnet dat neergelaten wordt in het meer
en allerlei soorten [vissen] bijeenbrengt.
48 Als het vol is, trekt men het op de oever,
men gaat zitten en verzamelt de goede [vissen] in kuipen,
de slechte werpen ze weg.
49 Zo zal het zijn bij de voleinding van de tijden.
De engelen zullen er op uittrekken
en zij zullen de slechten [verdwaasden]
van de rechtvaardigen [integeren] scheiden
50 en hen in de vuuroven werpen.
Daar zal er geween en tandengeknars zijn.”
51 Jezus vroeg hen nu:
“Hebben jullie dit alles begrepen?”
“Ja”, antwoorden zij.
52 Nu zei hij:
“Zo lijkt iedere schriftgeleerde
die leerling is geworden in het koningschap der hemelen
op een huisvader
die uit zijn schat oud en nieuw voortbrengt.”
53 Toen Jezus deze gelijkenissen had beëindigd,
vertrok hij van daar [Kafarnaüm].
En opnieuw dus …
Wat zou jíj antwoorden als Jezus jou de vraag stelde of je het begrepen hebt? Lastige vraag. Onze ‘verplichte bescheidenheid’ zou ons wellicht doen zeggen dat het toch allemaal zo simpel niet is en dat we er niet zo zeker van zijn of we het wel goed begrepen hebben.
Dat is ook in de werkelijkheid wel zo, maar laat ons onszelf toch niet té ver eronder duwen! Proberen wij ook niet – op onze plekken en met onze mogelijkheden – mensen van allerlei soort bijeen te brengen? Proberen wij ook geen delicaat onderscheid te maken tussen goed en kwaad (daarvoor hopelijk rekenend op de wijsheid en mildheid van G-d)? Proberen wij ook elke dag opnieuw dat ‘nieuwe’ van het koningschap der hemelen te zoeken en te bewerken? Proberen wij niet de degelijkheid van oude tradities te vertalen naar stevige fundamenten voor vandaag en morgen? …
Misschien staan we er wel dichter bij dan we durven denken …?