Mt.11,25-30 (9/07/2023)
25 Ook in die tijd zei Jezus:
“Ik prijs en dank je, vader, heer van hemel en aarde,
dat je deze dingen verborgen hebt
voor [eigenmachtige] bekwamen en verstandigen
en ze onthuld hebt
voor [onmachtige] onmondigen.
26 Ja, vader, zo heb jij het goed bevonden voor jouw gelaat.
27 Alles is mij door mijn vader toevertrouwd,
en niemand weet wie de zoon is, behalve de vader,
en niemand weet wie de vader is, behalve de zoon
en aan wie de zoon het wil onthullen.
28 Kom naar mij,
allen die vermoeid bent en onder lasten gebukt,
en ik zal je rust geven.
29 Neem mijn juk op:
laat mij je leermeester zijn
– zachtaardig en deemoedig van hart,
en je zult rust vinden in jezelf.
30 Want mijn juk is teder
en mijn last is licht.
Toch wel een fascinerend stukje Evangelie! Wie gaat er nu prat op zijn boodschap vooral te verkondigen voor ‘onmachtige onmondigen’? En meer nog: de leermeester – Jezus zelf – schaart zich helemaal onder díe groep, en daarmee ook zijn volgelingen, “aan wie de zoon het wil onthullen”.
Toch ligt dat helemaal in de lijn van geheel Jezus’ boodschap én van de Bijbelse boodschap! “De kleinen worden groot gemaakt” – wat Maria, als scharnierfiguur tussen het ‘Oude’ en ‘Nieuwe’ Testament uitroept (Lc.1,52) – zou je werkelijk de samenvatting van het hele Bijbelse verhaal kunnen noemen. Die ‘omkering van de waarden’, zoals dat wordt genoemd – G-d die blijkt ánders te denken dan mensen, en mensen die er baat zouden bij hebben dat ook te doen – is herkenbaar ‘vanaf den beginne’, toen G-d uit niets alles schiep.
Hier klinkt het: De vermoeiden wordt rust gegeven. Terwijl ‘de wereld’ mensen steeds verder opjaagt, zegt G-d: Onder mijn vleugels vind je beschutting. (o.a.Ps.91,3) Als dát geen bevrijdende boodschap is!