Mt.23,13-22 (22/08/2022)
“Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, ondermaatse oordelaars,
omdat je het koningschap der hemelen afsluit voor de mensen.
Want zelf ga je er niet binnen en wie wel binnengaat, verhinder je het.
Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, ondermaatse oordelaars,
omdat je de huizen van weduwen opslokt terwijl je naar buitenuit lange gebeden zegt.
Wee jullie, schriftgeleerden en farizeeën, ondermaatse oordelaars,
omdat je zee en land rondreist om een proseliet [bekeerling tot het Jodendom] te maken.
En wanneer hij het geworden is, maak je hem tot een hellekind, dubbel zo erg als jezelf.
Wee jullie, blinde wegwijzers, die zeggen:
zweren bij de tempel, is niets, maar zweren bij het goud van de tempel, is bindend.
Verdwaasden! Blinden! Want wat is groter, het goud, of de tempel die het goud heiligt?
En nog: zweren bij het altaar, is niets, maar zweren bij de gave erop, is bindend.
Verdwaasden! Blinden! Want wat is groter, de gave, of het altaar die de gave heiligt?
Wie dus zweert bij het altaar, zweert dáárbij én bij alles wat er op ligt. En wie zweert bij de tempel, zweert dáárbij én bij wie er in woont. En wie zweert bij de hemel, zweert bij de troon van God en bij wie er op zit.”
Jezus wordt scherp. Hij zet de verschillen (zie zaterdag/ eergisteren) nogal in de verf. Wellicht is dat iets zwart-witter dan de werkelijkheid – die schriftgeleerden en farizeeën deden heus ook wel goede dingen! – maar we horen hier ‘leermeester Matteüs’ doorklinken in Jezus’ woorden. De scherpte moge duidelijk maken waar het voor Jezus om gaat.
“Ondermaatse oordelaars”, luidt het refrein. Ze weten niet het juiste onderscheidingsvermogen aan de dag te leggen. Ze verwarren bijzaken en hoofdzaken, uiterlijkheid en innerlijkheid, … wellicht samen te vatten in: ze verwarren zichzelf met de a/Ander. Ongemerkt – “verdwaasd”, zoals dat dan in bijbelse termen heet – dénken ze hun g-ds-dienst voor de a/Ander te doen, maar éigenlijk zijn ze met een zelf-dienst bezig.
Zijn wij betere oordelaars? Zeg niet te snel ‘ja’! Het vraagt een lange, moeilijke – want pijnlijk eerlijke – weg om onze eigen verdwaasdheid te leren zien en uitzuiveren. En de enige maat die telt, is de buiten-matige Liefde …