Lc.7,18-23 (15/12/2021)
Johannes’ leerlingen berichtten hem over al deze dingen [de gebeurtenissen rond Jezus]. Hij riep twee van zijn leerlingen bij zich en zond hen naar Jezus met de vraag: “Jij, ben jij de komende [de Messias naar wie wij uitzien], of moeten wij een ander verwachten?”
Toen de mannen bij hem gekomen waren, zeiden ze: “Johannes de doper heeft ons naar jou gezonden met de vraag: Jij, ben jij de komende, of moeten wij een ander verwachten?”
Net op dat ogenblik heelde hij velen van ziekten, zwaktes en kwalijke geesten en schonk een groot aantal blinden het gezicht. Jezus antwoordde hen: “Ga en bericht aan Johannes wat jullie gezien en gehoord hebben: blinden zien, lammen lopen, melaatsen worden gereinigd, doven horen, doden worden opgewekt: armen ontvangen de bevrijdende boodschap.
Gezegend wie niet over mij struikelt.”
Zou Johannes beginnen twijfelen zijn? Dat is natuurlijk best mogelijk en zal ongetwijfeld ook bij hem wel eens binnengeslopen zijn. Tenslotte had zijn prediking nog niet zoveel uitgehaald en was hij er in de gevangenis voor gevlogen, waardoor hij al helemaal niet goed wist hoe het verder ging.
Of zou hij hier, precies zoals aan het begin van zijn prediking bij de Jordaan, zijn eigen leerlingen doelbewust achter Jezus aan zenden? Helpt hij hen te zien dat het niet over hém (zichzelf), maar over Jezus gaat? Je moet een échte profeet/voorloper zijn om zo te durven weg-wijzen van jezelf naar de a/Ander.
De beknotheid van zijn eigen leven belemmert hem niet, of geeft hem misschien zelfs juist de kans, te zien waar het werkelijk om gaat. En dat zowel voor zijn eigen leven, dat ‘alleen’ als taak heeft ‘weg te wijzen’, als voor de komst van de Messias, die weids Léven brengt.
Je kunt vandaag vele schoenen kiezen om in te wandelen: die van Johannes, van zijn leerling, van Jezus, van een zieke, een arme, … Of zul je hierover struikelen?