Lc.10,17-24 (3/10/2020)
De tweeënzeventig kwamen terug, uitbundig van vreugde: “Heer, zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons in jouw naam!”
Hij zei tegen hen: “Ik was getuige hoe de tegenstander [satan] als een bliksem uit de hemel viel. Zie je?
Ik heb jullie de bevoegdheid gegeven slangen en schorpioenen te vertrappen
en over alle krachten van de vijand. Niets kan jullie ook maar enigszins schaden.
Maar let wel: Verheug jullie niet zozeer erover dat de geesten zich aan jullie onderwerpen,
maar verheug je vooral hierover dat jullie namen geschreven staan in Gods hand.”
Op dat eigen moment, vervuld van de geest, jubelde Jezus het uit: “Ik prijs en dank je, vader, heer van hemel en aarde,
dat je deze dingen verborgen hebt voor [eigenmachtige] bekwamen en verstandigen en ze onthuld hebt voor [onmachtige] onmondigen.
Ja, vader, zo heb jij het goed bevonden voor jouw gelaat.”
En hij ging verder tegen de leerlingen: “Alles is mij door mijn vader toevertrouwd, en niemand weet wie de zoon is, behalve de vader,
en niemand weet wie de vader is, behalve de zoon en aan wie de zoon het wil onthullen.
Zalig de ogen die zien wat jullie zien, want ik zeg jullie: Veel profeten en koningen verlangden te zien wat jullie zien,
maar zij hebben het niet gezien, en te horen wat jullie horen, maar zij hebben het niet gehoord.”
Wie zijn zending door Jezus serieus neemt, zal het niet altijd makkelijk hebben – zo vernamen we de voorbije dagen.
Wél mag hij/zij zich verwachten aan bijzonder sterke gebeurtenissen, waardoor duidelijk wordt dat inderdaad ‘G-ds rijk’ doorbreekt.
En toch geeft Jezus een waarschuwing mee – hij kende immers het hart van de mens: Staar je niet blind op het spectaculaire resultaat!
(Ook niet als je wel door hebt dat ‘spectaculair’ niet noodzakelijk betekent ‘uiterlijk groot’, maar ook kan betekenen ‘innerlijk diep’.)
De waarachtige vreugde van een leerling zit hem niet/nooit in wat hij/zij gepresteerd heeft – want uiteindelijk is dat ‘enkel’
een uitvloeisel van G-ds Genadekracht; alle lof komt dus alleen hém toe. Die vreugde mag er evenwel altíjd zijn – resultaat of niet –
omdat ‘onze namen geschreven staan in G-ds hand’. Omdat wij met G-d Verbonden zijn dus, of nog preciezer: omdat hij zich met óns Verbindt.
De vreugdevolle leerling, is hij/zij die voluit leeft in het feit dat zijn/haar ‘macht’ niet van zichzelf komt.