Lc.16,1-8 (10/11/2023)
1 Jezus zei ook tegen zijn leerlingen
[terwijl de farizeeën en schriftgeleerden meeluisterden]
“Er was eens een rijk man die een huismeester had
die bij hem werd aangeklaagd
omdat hij zijn bezittingen verkwistte.
2 Hij riep hem en zei:
“Wat hoor ik daar over jou?
Geef verantwoording van je bestuur,
want zo kun je geen huismeester blijven.”
3 De huismeester zei nu bij zichzelf:
“Wat moet ik doen,
nu mijn heer mij het bestuur ontneemt?
Om te spitten heb ik niet de kracht
en om te bedelen schaam ik me …”
4 Ik weet al wat ik ga doen,
zodat – wanneer ik ontzet ben uit het bestuur –
ze mij toch in hun huis zullen ontvangen.”
5 En hij riep elk van de schuldenaars van zijn heer bij zich
en vroeg aan de eerste:
“Hoeveel ben je mijn heer schuldig?”
6 Die zei: “Honderd vaten olie.”
Hij antwoordde hem nu:
“Hier is je akte, ga zitten en schrijf vlug: vijftig.”
7 Vervolgens zei hij tegen een ander:
“En jij, hoeveel ben jij schuldig?”
Die zei: “Honderd [grote] maten tarwe.”
Tegen hem zei hij:
“Hier is je akte. Schrijf: tachtig.”
8 De heer prees de oneerlijke huismeester
dat hij doordacht had gehandeld.
Want de kinderen van deze wereld handelen doordachter
dan de kinderen van het licht
ten aanzien van hun tijdgenoten.”
We blijven het toch wat eigenaardig vinden dat Jezus die oneerlijke rentmeester prijst. Het moge duidelijk zijn dat hij niet de oneerlijkheid op zich prijst maar zijn ‘doordachte handelen’, maar toch … Wat zou hij daarmee bedoelen? Het is wat tasten natuurlijk, met het gevaar er teveel mijn eigen ideeën in te leggen, maar toch even proberen:
Heb jij nooit het gevoel dat christenen vandaag zo ‘braaf’ zijn, nooit eens hun stem laten horen in maatschappelijke discussies en over zich heen laten lopen waar het over levensthema’s gaat? Vind je nooit dat de economische stem altijd luider klinkt in onze maatschappij en blijkbaar ‘vanzelf’ de leidende norm wordt?
Het gaat er natuurlijk niet om dat wij overal zogeheten ‘complottheorieën’ achter moeten zien, maar het is onmiskenbaar dat het maatschappelijk discours door welbepaalde denklijnen wordt geleid. ‘De kinderen van de wereld’ zijn daar zeer behendig in. Christenen zouden even behendig mogen zijn/worden – zegt Jezus! zelf – om die ándere denklijnen wat meer binnen te brengen in de discussies en besluitvorming.
Daar hebben we nog (heel) veel werk aan de winkel …!