Joh.6,22-29 (15/04/2024)
22 De volgende morgen stond de menigte al weer
aan de overzijde van het meer. [Daar waar de broodvermenigvuldiging plaatsvond en vanwaar de leerlingen dus de avond voordien waren weggegaan.]
Zij hadden gezien dat daar maar één bootje lag,
dat zijn leerlingen daarin waren gestapt
en dat Jezus niet met zijn leerlingen was meegegaan
in het bootje, maar dat zij alleen waren vertrokken.
23 Wel kwamen er andere bootjes uit Tiberias
naar de plaats waar zij het brood gegeten hadden
na de dankzegging [eucharistein] van de Heer.
24 Toen de menigte dus zag
dat noch Jezus noch zijn leerlingen daar waren,
stapten zij zelf in de bootjes en kwamen in Kafarnaüm
om hem te zoeken.
25 Toen ze hem vonden aan de overzijde van het meer,
vroegen ze: “Meester, wanneer ben je hier gekomen?”
26 Jezus antwoordde hen:
“Amen, amen, ik zeg jullie:
Jullie zoeken mij,
niet omdat je tekenen hebt [in]gezien,
maar omdat je van de broden hebt gegeten
en je verzadigd werd.
27 Doe geen moeite voor voedsel dat vergaat,
maar voor het voedsel dat blijft tot het volle leven
en dat de mensenzoon jullie zal geven,
want op hem heeft God, de Vader, zijn zegel gedrukt.”
28 Ze vroegen hem dan:
“Wat moeten wij doen
opdat onze werken Gods werken zouden zijn?”
29 Jezus gaf hen ten antwoord:
“Dit is het werk van God:
dat je vertrouwt in wie hij gezonden heeft.”
We gaan verder waar we zaterdag gebleven waren met het 6de hoofdstuk uit het Johannesevangelie. Er wordt veel moeite gedaan om de moeite weer te geven die het volk doet om Jezus te zoeken! Toch is Jezus vrij kritisch tegen hen – of is het alleen maar een realistische waarschuwing? Loop niet achter het brood aan; loop niet achter het spektakel aan, lijkt hij te zeggen.
G-d weet dat wij ‘brood’ nodig hebben om te leven. Hij voorziet er dan ook in! (zie de broodvermenigvuldiging) Maar hij weet ook dat we méér nodig hebben. We hebben voedsel voor het ‘volle leven’ – Léven, zoals wij dat hier dan schrijven – nodig. En ook dat voorziet G-d voor ons in zijn Zoon, zijn Woord dat hij onder de mensen stuurt.
Het waren blijkbaar eerlijke zoekers die hier ter sprake komen. Na Jezus’ waarschuwing vragen ze inderdaad niet meer om brood, maar wat ze moeten doen. Jezus’ antwoord is bedrieglijk simpel: niet eens iets om te ‘doen’, maar wel: vertrouwen!