Joh.11,21-27 (2/11/2023)
21 Marta zei tegen Jezus:
“Heer, als je hier was geweest,
zou mijn broer niet gestorven zijn.
22 Maar ook nu weet ik
dat al wat jij God vraagt,
God je zal geven.”
23 Jezus zei haar:
“Je broer zal opstaan.”
24 Marta zei hem:
“Ik weet dat hij zal opstaan
bij de opstanding op de ultieme dag.”
25 Jezus zei haar:
“Ik ben de opstanding en het leven.
Wie vertrouwt in mij, zal leven, ook al sterft hij.
26 En ieder die leeft en vertrouwt in mij
zal in der eeuwigheid niet sterven.
Vertrouw jij daarin?”
27 Zij zei hem:
“Ja, Heer, ik vertrouw dat jij de Gezalfde [Christos/Messiah] bent,
de zoon van God die in de wereld komt!”
Leven, ook al sterf je … hoe kunnen we dat begrijpen? Het gaat over ‘eeuwig leven’. Dat is een leven waar alle tijdsperspectief verdwenen is, een leven dat niet gaat over ik en wat ik nog allemaal wil gedaan hebben of nog wil bereiken. Het gaat over wij, over samen-leven over de tijdsgrens heen. Leven in dat vertrouwen doet je levensrichting veranderen van ik, naar wij, naar Jij. Zo wordt tijd eeuwigheid en zal je ‘in eeuwigheid’ niet sterven. Opstanding is niet iets voor ooit misschien, maar gebeurt waar mensen Jezus toelaten, vertrouwen en weten dat niet de dood maar het leven/de liefde het laatste woord heeft.
En dan kan je niet anders dan erop vertrouwen dat hij er zal zijn om je te leiden en je te leren leven in zijn tijd. Dan ga je niet dood, maar je leven wordt vol-(ge)maakt. Jezus’ leven, sterven en Verrijzen zijn daarvan het mooiste voorbeeld.