Mt.7,1-5 (21/06/2021)
Oordeel niet, opdat je niet geoordeeld wordt. Want met het oordeel waarmee jij oordeelt, zul je geoordeeld worden, en met de maat waarmee jij meet, zul je gemeten worden.
Wat kijk je naar de splinter in het oog van je mede-mens, terwijl in je eigen oog je de balk niet ziet?
Of hoe kun je tegen je mede-mens zeggen: Laat mij de splinter uit je oog verwijderen, terwijl er een balk in je eigen oog zit.
Dubbelzinnigaard [hypocritès / buiten de onderscheiding], verwijder eerst de balk uit je eigen oog en dan zul je helder zien om de splinter uit het oog van je mede-mens te verwijderen.
Het lijkt allemaal zo evident, zo normaal-menselijk. Maar waarom moest Jezus het anders komen vertellen als wij het al deden?! We hebben het in deze Bergrede al vaker gehoord: hij komt niets nieuws vertellen, maar hoopt alleen maar – en drijft het aan – dat we het in z’n ‘radicaliteit’ nu ook eindelijk zouden gaan beleven.
Enkele dagen geleden hoorden we al over de zuiverheid van dat oog. Het is hypocriet als we zonder onderscheiding gaan oordelen over situaties en mensen. En we kúnnen niet tot een goede onderscheiding komen als ons oog verdwaasd, vertroebeld, versplinterd is. Anders is er geen licht of helderheid in ons aanwezig.
Hoe komt het toch dat wij zo ‘blind zijn’ voor onze eigen balken? Ook dat juist blijkt zo ‘normaal-menselijk’ te zijn. Zou dat zijn omdat wij teveel enkel in de spiegel kijken om onszelf te zien, en niet in de spiegel kijken van G-ds liefde voor ons?