Verbonden Leven

Mt.22,34-40 (23/08/2024)

34    Maar toen de Farizeeën hoorden
       dat hij de Sadduceeën de mond had gesnoerd,
       kwamen ze bijeen
35    en één van hen, een wetgeleerde, ondervroeg hem:
36    “Meester, wat is het grootste gebod in de wet?”
37    Jezus antwoordde:
       “Je zult de heer je God daad-werkelijk liefhebben,
       met geheel je hart,
       met geheel je geest
       en met geheel je verstand. [Deut.6,5]
38    Dat is het grootste en eerste gebod.
39    Het tweede is daaraan gelijk:
       Je zult wie jou nabij komt
       daad-werkelijk liefhebben als jezelf. [Lev.19,18]
40    Aan deze twee geboden
       hangen geheel de wet en de profeten.

G-d en de mensen liefhebben, dat zijn dé twee pijlers van ons geloof. Het begint bij G-d. Je bent geliefd. Je mag er zijn. Je mag bestaan en wordt aangeraakt door G-d. Deze liefde is niet bedoeld om vast te houden voor jezelf alleen, maar om door te geven aan de mensen om je heen. Het gaat over daad-werkelijk liefhebben, m.a.w. met woord en daad. Het zal dus te horen zijn in de manier waarop je spreekt over en tot alles en iedereen én het zal te zien zijn in de wijze waarop je omgaat met G-d en met mensen.
Buitengewoon actueel zijn deze pijlers van ons gelovig samenleven. Ze roepen ons op om betrokken te zijn op alles wat gaande is in/met onze wereld. Vanuit het besef dat je een geliefd mens bent, vanuit de ervaring van eigen kwetsbaarheid en de genadige ontmoeting met de Ander die mij ziet en liefheeft ... mogen we onze weg gaan naar onze even-mens die zelf is zoals wij: kwetsbaar en afhankelijk van elkaar. En we mogen erop vertrouwen dat G-ds Geest ons zal vergezellen.