Verbonden Leven

Mt.6,7-15 (20/02/2024)

     Als je bidt, babbel er dan niet op los,
       zoals veel volkeren doen.
       Zij denken dat ze door hun veelheid aan woorden
       verhoord zullen worden.
8     Doe hen niet na!
       Je Vader weet wat je nodig hebt
       nog voor je het hem vraagt.
9     Bid als volgt:

       Onze Vader in de hemelen,
       geheiligd worde jouw Naam,
10    kome jouw koningschap,
       gebeure jouw bedoeling
       op aarde zoals in de hemel
11    Geef ons vandaag
       ons nodige brood
12    en vergeef ons onze schulden
       zoals ook wij onze schuldenaren vergeven,
13    en lever ons niet over aan de aanvechtingen,
       maar verlos ons van het kwade.

14    Want als je de mensen hun misstappen vergeeft,
       vergeeft je hemelse Vader ook jou;
15    maar als je aan de mensen hun misstappen niet vergeeft,
       vergeeft je hemelse Vader ook jou niet.

De hoeveelheid woorden doet er voor het bidden duidelijk niet toe. Ook dus niet over welke woorden dat dan precies zou moeten gaan. Bidden – zeker te definiëren als communicatie met G-d – moet uit het eigen hart komen en mag/moet dus ook een heel persoonlijke kleur en toon krijgen.
Toch geeft Jezus ons hier specifieke woorden mee, die wij ondertussen wel als standaardwoorden gebruiken in het ‘OnzeVader’. Zitten we daar dan fout mee? Toch niet, denk ik, want ook met het ‘bidden in een persoonlijke kleur en toon’ kan het makkelijk fout lopen. Ook daar is het immers niet de bedoeling ons uit te putten in de mooiste, origineelste of best vallende woorden! Teruggrijpen naar bestaande woorden houdt ons ‘met de voeten op de grond’.
Ook dat wij die ontvangen woorden niet allemaal even duidelijk begrijpen, doet er daarom niet zoveel toe. In de loop van een mensenleven gaan sommige woorden meer spreken, op een ander moment dan weer andere. Belangrijkst is dat wij ons ermee invoegen in het gebed van Jezus zelf. Híj is het die deze woorden ín ons uitspreekt!