Verbonden Leven

Mc.6,30-34 (3/02/2024)

30     De uitgezondenen [aposteloi] verzamelden zich weer bij Jezus
       en gaven hem verslag
       over alles wat ze gedaan en onderwezen hadden.
31    Hij zei tegen hen:
       “Komen jullie nu zelf eens mee naar een eenzame plaats
       om een beetje uit te rusten.”
       Want er waren er zovelen die kwamen en gingen
       dat ze zelfs geen gelegenheid hadden om te eten.
32    Ze vertrokken met de boot
       naar een eenzame plaats, alleen.
33    Velen zagen hen vertrekken
       en ze begrepen wat er gaande was.
       Vanuit de steden renden ze te voet erheen
       en waren er nog vóór hen.
34    Toen Jezus uitstapte
       zag hij dan ook een grote menigte.
       Hij werd ten diepste bewogen om hen,
       want ze waren als schapen zonder herder.
       En hij begon hen over vele dingen te onderrichten.

We kennen dit verhaal; we weten het trouwens uit onze eigen ervaring; en toch ‘vergeten’ we het iedere keer weer hoe nodig het is om ons regelmatig eens wat terug te trekken uit de drukte, en de echte stilte en eenzaamheid op te zoeken. Dat gaat niet louter over ‘vakantie nemen’ (hedendaagse vakantieoorden beantwoorden niet altijd aan het criterium ‘stil en eenzaam’). Jezus bedoelt het duidelijk als ‘herbronning’: opnieuw contact zoeken met je bron, je kern, de reden waartoe en van waaruit je je leven leeft.
In de drukte van onze bezigheden verliezen wij vaak het contact daarmee en weten wij soms niet meer waarom we eigenlijk doen wat we doen! Vraag het maar eens aan een collega (óók binnen het pastorale werk!) – of nog beter: vraag het aan jezelf!
Jezus nodigt ons uit – of eigenlijk juister: hij gebiedt ons! – om toch regelmatig eens naar ‘een eenzame plaats’ te gaan. Het is de plek waar we onszelf kunnen hervinden, omdat we er ons opnieuw bewust van worden dat we “in G-d leven, bewegen en zijn” (Hand.17,28).