Lc.13,22-30 (27/10/2021)
Verder onderweg naar Jeruzalem, trok Jezus door steden en dorpen en gaf daar onderricht.
Iemand vroeg hem: “Heer, zijn het er weinig die bezig zijn gered te worden?”
Hij zei tegen allen: “IJver ervoor om binnen te gaan door de nauwe deur, want ik zeg jullie: Velen zullen trachten er binnen te gaan, maar niet in staat zijn. Wanneer de heer des huizes zal zijn opgestaan en de deur heeft gesloten, zullen jullie buiten staan en kloppen op de deur: “Heer, doe open voor ons!” Dan zal hij antwoorden: “Ik weet niet van waar jullie zijn.” Dan zullen jullie zeggen: “In jouw bijzijn hebben wij gegeten en gedronken en in onze straten heb je onderricht gegeven.” Maar hij zal antwoorden: “Ik weet niet van waar jullie zijn. Weg van mij! – die ongerechtigheid doen. [Ps.6,9] Daar zal het weeklagen en tandenknarsen zijn, wanneer jullie Abraham, Isaak en Jakob en al de profeten in het koninkrijk van God zien, terwijl jullie zelf buiten geworpen zijn. Zíj zullen komen van oost en west, van noord en zuid, en zíj zullen aan tafel gaan in het koninkrijk van God.
Kijk! Er zijn laatsten die eersten zullen zijn, en eersten die laatsten zullen zijn.
Van bij het begin wordt de achtergrond van de vraag ‘Heer, zijn het er maar weinig die gered worden’ duidelijk gesteld, nl. Jezus’ leven. Hij gaat, onderricht en verkondigt daad-werkelijk G-ds Liefde op zijn weg naar Jeruzalem. (Daar, op het einde van zijn tocht, zal hij zelf door de nauwe deur van lijden en dood gaan.) Het valt me op dat Jezus niet antwoordt op de vraag. Hij verplaatst als het ware onmiddellijk het accent van een eventuele beloning naar de realiteit van het hier en nu, naar datgene waartoe wij geroepen zijn, nl. ons richten op G-d om ons te engageren voor een wereld van gerechtigheid (zoals Jezus het voorleeft). M.a.w. koester je niet in valse zelfgenoegzaamheid. Verschuil je niet achter theologische invullingen. Het enige wat telt, is: beoefen de naastenliefde, doe gerechtigheid (zoek de rechte weg, G-dgericht) en doe dit hier en nu. Het gaat niet over een andere wereld dan de onze, het is het ‘volmaken’ van deze onvolmaakte wereld. Al de rest is bijkomstig.