Lc.4,14-22a (7/1/2021)
In de kracht [dynamiek] van de geest keerde Jezus terug [van zijn verblijf in de woestijn] naar Galilea.
Dat nieuws verspreidde zich door de hele streek. Hij gaf onderricht in hun huizen van samenkomst [synagoge]
en hij werd door allen geroemd.
Ook kwam hij in Nazaret, waar hij was opgegroeid. Zoals hij gewoon was, ging hij op de dag van de sabbat
binnen in het huis van samenkomst. Hij stond op om voor te lezen en men gaf hem een boekrol van de profeet Jesaja.
Hij opende de boekrol en vond de plaats waar geschreven staat:
De geest van de Heer is over mij gekomen – hij heeft mij gezalfd, om de bevrijdende boodschap te verkondigen aan wie zich arm weten.
Hij heeft mij gezonden om wie gebroken is te genezen, om wie gevangen zit vrijlating te melden,
om wie blind is het zicht terug te geven, om wie verdrukt wordt te bevrijden; om af te kondigen een genadejaar van de Heer. [Jes.61,1-2]
Hij rolde het boek dicht, gaf het terug aan de dienaar en ging zitten. De ogen van allen in het huis van samenkomst
waren aandachtig op hem gericht. Hij begon nu tegen hen te spreken:
“Vandaag is voor jullie oren dit Schriftwoord in vervulling gegaan!”
Allen vielen hem bij en verwonderden zich over de woorden van genade die uit zijn mond kwamen, en ze zeiden: “Is dat niet de zoon van Jozef?”
Dit hele gebeuren wordt nogal in detail en met een zekere plechtigheid verhaald – terwijl het in feite maar heel kort duurt.
Ongetwijfeld doet Lucas dat juist om aan te geven dat het, hoe klein het ook lijkt, wél een grote gewichtigheid heeft!
Die tekst van de profeet Jesaja werd al zo’n 500 jaar voorgelezen. Jezus zelf had hem ook al talloze keren gehoord
– misschien zelf voorgelezen. Hij was daar tenslotte waar hij was opgegroeid en dus zo’n 30 jaar had geleefd.
(Er staat ook letterlijk: “Zoals hij gewoon was …”) Wat maakt die ene keer dan nu het verschil, dat Lucas er zo plechtig over doet?
Het is dat ene, kleine woordje “vandaag”!
Om het even welke tekst of gebeurtenis wordt radicaal anders als ik die ‘vandaag’ tot vervulling laat komen.
Je moet het alleen ‘gezien hebben’ dat ‘vandaag’ er het moment voor is. Jezus hád het gezien, doordat zijn ‘oog helder was’ (zie commentaar gisteren).
Hij kwam immers net terug van zijn gebedstijd in de eenzaamheid.
Zal ík zien wat ik ‘vandaag’ tot vervulling moet roepen?