Lc.13,10-17 (24/10/2022)
Op een keer gaf hij op een sabbat onderricht in één van de synagogen.
Kijk! Er was een vrouw die al achttien jaar ziek was: ze was kromgebogen en kon zich in het geheel niet oprichten. Jezus zag haar en sprak haar aan: “Vrouw, je bent ver-los-t van je ziekte”, en hij legde haar de handen op. Onmiddellijk werd zij opgericht en zij verheerlijkte God.
De overste van de synagoge, die er zich aan ergerde dat Jezus op sabbat genas, zei tegen de aanwezigen: “Zes dagen zijn er om te werken. Kom dan op deze dagen om jullie te laten genezen en niet op de sabbat.”
De Heer antwoordde hem: “Dubbelzinnigaard! Maken jullie niet allemaal je os of ezel los van de voederbak om hem weg te leiden naar de drinkplaats? Kijk toch! Was het dan niet nodig dat deze vrouw – nog wel een dochter van Abraham – die de tegenstander [satan] achttien jaar lang gebonden hield, losgemaakt werd van deze band juist op een sabbat?”
Toen hij dit gezegd had, werden al wie zich tegen hem stelden diep beschaamd. De menigte echter was verheugd over al de heerlijke dingen die door hem gebeurden.
Waar verschillende geloofsvisies met elkaar geconfronteerd worden, daar heeft de ene meestal commentaar op de andere: te confronterend, te veel regelneverij ... Het is iets van alle tijden, net als er ook altijd mensen zullen zijn die niet gezien worden (jaren lang), mensen die vast zitten, gebonden aan, en gebogen onder de zwaarte van het leven.
Wanneer echter G-ds liefde bron mag worden van het onderricht, dan vallen woord en daad tezamen. Er is dan sprake van daad-werkelijke liefde (niks dubbelzinnigs). Als G-d écht je leven mag richten, zal je bewogen worden door mensen – de meest kwetsbare, de rafelrandmensen het eerst. Je zal hen zien, los-maken, aanraken, en zo elkaar oprichten of het nu sabbat is of niet. Eens aangeraakt door die goddelijke liefde kan je niet anders dan hem verheerlijken. En is dat uiteindelijk niet waartoe de sabbat bedoeld is, nl. G-d verheerlijken, loven en danken.