Joh.6,51.53-58 (8/06/2023)
51 Ik ben het levende brood
dat uit de hemel is neergedaald.
Als iemand van dit brood eet,
zal hij in volheid leven.
Het brood dat ik zal geven voor het leven van de wereld
is mijn vlees [lichaam].
53 Jezus zei hen:
“Amen, amen, ik zeg jullie:
Als jullie het vlees van de mensenzoon niet eten
en zijn bloed niet drinken,
hebben jullie geen leven in jullie.
54 Wie mijn vlees herkauwt en mijn bloed drinkt,
heeft het volle leven
en ik zal hem doen opstaan op de ultieme dag.
55 Want mijn vlees is waarachtig voedsel
en mijn bloed waarachtige drank.
56 Wie mijn vlees herkauwt en mijn bloed drinkt,
verblijft in mij
en ik in hem.
57 Zoals de levende Vader mij gezonden heeft
en ik leef door de Vader,
zo zal ook wie mij herkauwt
leven door mij.
58 Zo is het met het brood dat uit de hemel is neergedaald.
Het is niet zoals met het manna
dat jullie vaderen aten terwijl ze [toch] gestorven zijn.
Wie dít brood herkauwt,
zal leven in volheid.”
Pasen is een dermate groot en inhoudsrijk feest dat de liturgie er niet goed weet mee te stoppen om het te vieren! Zelfs na de 50-daagse paastijd hinkt ze nog wat na om enkele aspecten ervan opnieuw te vieren. Vorige zondag hadden we de Drie-eenheid, vandaag Sacramentsdag, die teruggrijpt naar Witte Donderdag.
Jezus geeft zichzelf, zijn eigen leven, zijn eigen lichaam – vlees, zoals het in de bijbelse taal letterlijk klinkt – ten bate van de mensen voor wie hij leefde. Hij heeft dat letterlijk gedaan, maar tegelijk was het een samenvatting van zijn héle leven. Zijn hele leven – én zijn dood – zijn ‘voedsel’ voor wie ten volle wil leven.
Wij mogen ons hier elke dag ‘voeden’ aan dit beetje Brood/Woord. ‘Herkauw’ het maar! In deze vertaling is het woord met opzet zo expliciet gebleven (zo stáát het er ook), omdat het in de latere spiritualiteitsgeschiedenis een belangrijke rol is beginnen spelen: Wie in het spoor van Jezus G-dgericht wil leven, zal het niet kunnen hebben van wat oppervlakkige ‘christelijke waarden’, maar zal zich Jezus’ leven éigen moeten maken, het ‘beknabbelen’, proeven, ‘doorzwelgen’ (en dat kan wel wat moeite kosten), … tot het iets van jezelf wordt, iets ín jezelf wordt, jezelf wordt …
… en wij ‘lichaam van Christus’ worden in deze wereld …