Joh. 12,1-11 (3/04/2023)
Zo kwam Jezus zes dagen voor het Paasfeest in Betanië, waar Lazarus [El-azar/God helpt] woonde, die hij uit de dood had opgewekt. Men maakte daar voor hem een maaltijd klaar en Martha bediende. Ook Lazarus was mee aan tafel met hem.
Maria nu nam een litra kostbare pure nardusbalsem, zalfde daarmee Jezus’ voeten en droogde ze af met haar haren. Het hele huis werd vervuld met de geur van de balsem. Daarop zei Judas van Keriot, een van zijn leerlingen, die hem zou uitleveren: “Waarom heeft zij die balsem niet verkocht voor driehonderd daglonen en het gegeven aan de armen?” Hij zei dit, niet omdat hij bezorgd was om de armen, maar omdat hij een dief was. Hij had de geldbeurs en wat erin kwam, nam hij eruit. Maar Jezus zei: “Laat haar begaan. Ze heeft dit bewaard voor mijn begrafenis. De armen hebben jullie altijd bij jullie, mij echter niet.”
Veel Joden wisten dus dat Jezus daar was en zij kwamen, niet alleen om hem, maar ook om Lazarus te zien, die hij uit de dood had opgewekt. Daarom beraadslaagden de hogepriesters ook Lazarus te doden, omdat omwille van hem veel Joden hun vertrouwen gingen stellen in Jezus.
We bekijken één detail: “De armen hebben jullie altijd bij jullie, mij echter niet.” We kunnen Jezus moeilijk verdenken van geen aandacht te hebben voor de armen en de uitgeslotenen. Zijn hele leven was erop gericht. En toch mocht er ‘met het oog op zijn begrafenis’ een hoge som ‘verkwist’ worden!
Iets gelijkaardigs is er bekend van Franciscus van Assisi. Hoezeer hij ook ‘de apostel van de armoede’ was en zelf uitermate arm leefde, hij wou wel dat kelk en pateen voor de viering van de Eucharistie van goud waren!
Zou dat zijn omdat wie eer geeft aan G-d ook ‘automatisch’ eer zal geven aan élke mens? Zal wie zich zó verknocht voelt aan G-d ook niet naar mede-mensen gaan kijken met diens ogen en vervolgens daar net zo ver in gaan? Zal wie vandaag geld, goed en tijd wil besteden aan G-d, straks dat ook niet doen voor zijn mede-mens? … Jezus ging daar blijkbaar van uit!