Zoek
Zoektip
Zoektip:
tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel)
Mc.8,34 – 9,1 (21/02/2025)
34 Nu riep hij zijn leerlingen en de grotere kring bij zich en zei hen:
“Wie de bedoeling heeft achter mij aan te komen,
moet zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen,
en mij volgen.
35 Want wie zijn leven wil redden,
zal het verliezen,
maar wie zijn leven verliest
omwille van mij en de bevrijdende boodschap [euangellion],
die zal het redden.
36 Want wat helpt het een mens de hele wereld te winnen,
als hij zijn leven er mee verspeelt?
37 Of wat kan een mens geven
in ruil voor zijn leven?
38 Wie zich bij deze overspelige en zondige generatie schaamt
over mij en mijn woorden,
over hem zal ook de mensenzoon zich schamen
wanneer hij komt in de grootheid van zijn Vader
met de heilige engelen.”
1 En hij zei tegen hen:
“Amen, ik zeg jullie:
Sommige van de hier aanwezigen zullen de dood niet proeven
voordat zij het koningschap van God
hebben zien komen in kracht.”
Wie Jezus wil volgen, moet zichzelf verloochenen. Dat is een lastige, want zelfverloochening roept in onze tijd vaak argwaan op. Al snel wordt gedacht dat je jezelf moet ondermijnen of vernederen. Maar gaat zichzelf verloochenen niet juist over het durven loslaten van jezelf, over je durven overgeven of verliezen aan de ander? Het gaat inderdaad om de kramp om je eigen zelf te durven loslaten en uit jezelf te treden en je te verbinden met de ander. Dat is ook de beweging die Jezus steeds opnieuw maakt naar mensen. Zo maakt hij G-ds liefde – de kracht van de verbinding – duidelijk en leeft hij die liefde voor, waaraan hij tot op het bittere einde – en daar voorbij – vasthoudt. Is dit niet precies wat G-d zelf in Jezus doet: uit zichzelf treden en zich, in leven en dood, aan mensen verbinden?
Zou ‘zelfverloochening’, vanuit dit perspectief, vandaag de dag niet opnieuw gewaardeerd kunnen worden, juist als het durven verliezen van jezelf aan het Léven en zo het Léven te behouden?