Zoek
Zoektip
Zoektip:
tik vb. Mt. 1,21-12
tik een specifieke zoekterm in (vb. engel)
Lc.17,20-25 (11/11/2021)
De Farizeeën vroegen hem nu wanneer het rijk van God zou komen.
Hij antwoordde hen: “Het koninkrijk van God komt niet zintuigelijk observeerbaar. Je kunt niet zeggen: Kijk, hier!, of: Kijk, daar! Want het koninkrijk van God is binnenin jullie.”
Tegen zijn leerlingen zei hij nu: “Er zullen dagen komen dat jullie zullen wensen één dag van de mensenzoon te zien, maar je zult die niet zien. Men zal tegen jullie zeggen: Kijk, hier!, of: Kijk, daar! Ga daar niet heen; volg ze niet. Want zoals de bliksem de hemel verlicht van het ene eind tot het andere, zo zal het ook zijn op de dag van de mensenzoon.
Maar eerst moet hij veel lijden, verworpen worden door de mensen.”
De Farizeeën vragen naar een tijdstip: “wanneer komt het?” Jezus maakt duidelijk dat het koninkrijk van God geen te verwachten evenement is ergens – weet ik veel wanneer – in de tijd. Het is ook niet zomaar te zien met je ogen (zintuigelijk observeerbaar). Het koninkrijk van God gebeurt (zoals liefde gebeurt). Het gebeurt tussen mensen, doorheen het samen-leven. Je moet het ook niet achterna lopen (naar hier en naar daar) maar blijf dicht bij jezelf (het is binnenin jou). Het koninkrijk van God groeit van binnenuit. Ook al zal het vaak verdomd lastig zijn, en zál er lijden mee gepaard gaan. G-d zál ontkend, verworpen en doodgezwegen worden. Met één zin verwijst Jezus naar dat lijden en verbindt het koninkrijk van God er aan. Dus als er íets zou aan te wijzen zijn van het rijk van G-d, dan is het dáárin: Waar omwille van de liefde, en ín de Liefde, ook het lijden opgenomen wordt, dáár ‘toont’ zich het rijk van G-d!
Lc.19,41-44 (18/11/2021)
Toen Jezus al dichtbij was en de stad zag, weende hij over haar:
“Als je toch maar zou inzien, ook vandaag nog, wat je vrede kan brengen …
Nu is het verborgen voor je ogen: Er zullen dagen over jou komen waarop je vijanden een wal om je heen zullen werpen, je zullen omsingelen en langs alle kanten inklemmen. Ze zullen jou en je kinderen verpletteren, geen steen zullen ze op de andere laten, omdat je niet hebt ingezien het goede moment waarop naar jou werd omgezien.”
“Jerusjalaim, stad van vrede …” Het was de grootse roeping van de stad wiens naam ‘vrede’ in zich draagt (sjaloom), om ook werkelijk vrede te brengen voor de mensen en op die manier symbool te worden voor ‘de stad van de mens’, de woonplaats door God voorzien.
Nu staat Jezus vlakbij … en weent … “Als je toch maar zou inzien, ook vandaag nog, wat je vrede kan brengen …”
Zou Jezus niet ‘ook vandaag’ dezelfde diepe verzuchting maken als hij voor onze mensenstad staat? Met de uiterlijke vrede lijken we de voorbije 100 jaar een klein beetje vooruitgang te hebben gemaakt, maar met de innerlijke vrede? … en met de te-vrede-nheid?
Het zou voor Christenen een belangrijke vraag moeten zijn: Hoe zou Jezus kijken naar (en wenen over?) ons huidig maatschappelijk bestel en naar onze omgang met de jarenlange crisissituatie waarin de wereld terecht gekomen is?
Oók belangrijk is om te zien: Hij ging wel verder binnen in Jeruzalem om er zijn taak te volbrengen … !
Lc.21,20-28 (25/11/2021)
“Wanneer jullie zien dat Jeruzalem door legerkampen omsingeld wordt, weet dan dat haar verwoesting nabij is. Laat dan wie in Judea is, vluchten naar de bergen, wie in de stad is, naar buiten vluchten, en wie in de velden is, niet de stad binnengaan. Want dit zijn dagen van voltrekking van het vonnis, tot vervulling van wat geschreven is.
Wee de zwangeren en zogenden in die dagen, want er zal grote nood zijn in het land en woede over dit volk. Ze zullen gedood worden door het zwaard, gevangen weggevoerd naar alle volken en Jeruzalem zal door de volken vertrapt worden, tot hun tijd vervuld is.”
Er zullen tekenen zijn aan zon, maan en sterren, op het land benauwdheid en radeloosheid bij de volken en geraas van zeeën en golven. [Ps.65,8] Angst zal de mensen de adem benemen om wat ze denken dat wereld zal overkomen, want de krachten van het universum worden aan het wankelen gebracht. En dan zullen ze de mensenzoon zien komen op een wolk, met stuwkracht en grote heerlijkheid.
Als deze dingen nu beginnen te gebeuren, richt je op en hef je hoofden omhoog, want jullie vrijmaking is nabij!”
Neen, het waren toen (net als nu) geen gemakkelijke tijden. Oorlogen, vluchtelingenstromen, pandemieën die de wereld beheersen, … het is van alle tijden. Maar het is evenzeer van alle tijden dat zulke woelige tijden niet zomaar uit de lucht komen vallen. Ze zijn reeds lang op voorhand te zien. Ze zijn te zien, als je tenminste de ogen niet sluit voor de realiteit en durft te kijken naar hoe mensen met elkaar en met de aarde omgaan. Je zal dan – met vrij grote zekerheid – de problemen, die woelige tijden, kunnen voor-zien. En dan kan je, bij het zien van die ellende, angstig reageren en allerlei doemscenario’s beginnen uittekenen, maar dat is niet hoe Jezus het zou aanpakken. Hij stelt het volgende voor aan zijn leerlingen: “… richt je op en hef je hoofden omhoog, want jullie vrijmaking is nabij!”
Wij (mensen) vragen ons dan af hoe dat te rijmen is: woelige tijden en de vrijmaking die nabij is? Kijk gewoon naar Jezus of lees in de Bijbel (hij staat er vol van)! G-d is en blijft nabij zeker te midden van ellende en miserie. Dit beseffen en ervaren kan toch niet anders dan enorm bevrijdend zijn.
Lc.7,24-30 (16/12/2021)
Toen Johannes’ gezanten vertrokken waren, begon Jezus tegen de menigte over hem te spreken: “Waar zijn jullie naar gaan kijken in de woestijn? Naar het wuiven van het riet in de wind? Waar ben je dan naar gaan kijken? Naar een mens in verfijnde kledij? Je weet het: de glansrijk en weelderig gekleden zijn te vinden in paleizen.
Maar waar ben je dan toch naar gaan kijken? Naar een profeet? Ja, zeg ik jullie, zelfs meer dan een profeet! Hij is het over wie geschreven staat: Kijk! Ik zend mijn boodschapper voor je uit die de weg voor jou zal bereiden. [Ex.23,20; Mal.3,1] Want ik zeg jullie: Onder wie uit vrouwen zijn geboren, is er niemand groter dan Johannes de doper, maar in het koninkrijk van God is de kleinste groter dan hij.
Wie hem hoorden – zelfs de tollenaars – recht-vaardigden God door zich te laten dopen met de doop van Johannes. Maar de farizeeën en wetgeleerden verwierpen de bedoeling van God ten gunste van zichzelf door zich niet door hem te laten dopen.”
Jezus spreekt zich nadrukkelijk uit vóór Johannes de doper. Je moet verblind zijn door eigenbaat om niet te zien dat hij een profeet is die predikt binnen de bedoelingen van G-d. Terloops merkt Jezus op dat mooi schouwspel (wuiven van het riet) en luxe (verfijnde kledij) tégenindicaties zouden zijn om hem als profeet te herkennen. Maar kern van de zaak is natuurlijk de boodschap die hij brengt.
Profeten zijn boodschappers: ze brengen berichten in naam van een ander. Boodschappers zijn er nooit ten bate van zichzelf, maar van wie hen gezonden heeft. Ze ‘bereiden de weg voor de heer’. Boodschappers zijn groots in hun kleinheid – en het is zó dat ze plaats bereiden voor het koningschap van G-d.
Het Griekse woord voor ‘boodschapper’ is angelloi, jawel: engel! En ze zijn zo ‘licht’, zo ‘groots in hun kleinheid’, dat ze voortdurend de wereld rondtrekken en in allerlei vormen en op allerlei manieren ‘de weg proberen te bereiden’. Ze zijn alleen herkenbaar voor wie zich onbaatzuchtig laat meenemen in G-ds bedoelingen. Ongetwijfeld passeren ze ook vandaag in míjn leven. Zal ik meegaan …?
Lc.1,39-45 (21/12/2021)
Kort daarop reisde Maria met haast naar het bergland, naar een stad in Judea. Ze ging het huis van Zacharias binnen en begroette Elisabet. Toen Elisabet de begroeting van Maria hoorde, sprong het kind in haar schoot op en Elisabet werd vervuld van heilige geest. Ze riep uit:
“Gezegend ben jij onder de vrouwen en gezegend de vrucht van jouw schoot! Vanwaar valt mij dit toe dat de moeder van mijn Heer naar mij toe komt? Kijk! Zodra de klank van je begroeting in mijn oor kwam, sprong het kind in mijn schoot op van uitbundige blijdschap. Gezegend wie vertrouwde, want wat haar vanwege de heer is gezegd zal vervulling vinden.”
Een feest van vertrouwen en leven!
Twee zwangere vrouwen die elkaar opzoeken om hun diepe vreugde te delen en elkaar praktisch te ondersteunen.
Om zwanger te worden, moet je zowel vertrouwen schenken, vertrouwen ontvangen en vertrouwen hebben in de toekomst! Het is de ‘voor-waarde’ voor nieuw leven. Of eigenlijk zou het wellicht juister klinken om het omgekeerd te zeggen (omdat ik vermoed dat verre van alle zwangeren éérst zo stilstaan bij dat vertrouwen): elke zwangerschap is uit zichzelf een uiting dat dat vertrouwen – en dat leven – er ís!
Zowel Elisabeth als Maria hebben dat spoor van leven gevolgd, en vieren dat nu met elkaar – en zelfs hun ongeboren kinderen vieren al mee. Gelukkige kinderen van gelukkige ouders! Vertrouwende kinderen van vertrouwende ouders! En dat spoor is blijven doorlopen, ook vandaag. Hoe vertrouwvol is het elke keer een zwangere te zien of een nieuwgeboren kind! Keer voor keer een getuigenis van leven – Léven.
Als wij nu allemaal eens zwanger zouden worden … van heilige Geest …
Lc.9,22-25 (3/03/2022)
Jezus zei tegen zijn leerlingen: “De mensenzoon zal eerst veel moeten lijden
en door de oudsten, hogepriesters en schriftgeleerden verworpen en gedood moeten worden en op de derde dag opgewekt zijn.”
En tegen allen zei hij: “Als iemand van zin is achter mij aan te komen, moet hij volstrekt neen zeggen tegen zichzelf,
elke dag zijn kruis [symbool van de ter dood veroordeelde] opnemen en mij volgen.
Want wie zijn leven wil redden, zal het verliezen, maar wie zijn leven verliest omwille van mij, zal het redden.
Wat baat het iemand heel de wereld te winnen als hij zichzelf verliest of schaadt?”
Het beeld dat Jezus hier van de Mensenzoon schetst, is allesbehalve aantrekkelijk. Een Messias die moet lijden en sterven. Dat beeld beantwoordt helemaal niet aan de verwachtingen (ook niet onmiddellijk aan de mijne), laat staan dat we hem zouden willen volgen.
Ik ben bereid om aan te nemen dat G-d mij wil bevrijden uit ellende (is het niet dat wat we vragen telkens als we bidden, dat hij een oplossing aanreikt?), maar ik heb veel meer moeite om te aanvaarden dat hij met mij mens wil zijn. Nochtans is het nu juist dat wat hij wil: zich geven aan ons, helemaal, bij ons zijn, mee-lijden, mee-leven, mee-lieven …
Jezus volgen houdt dus in dat ik mezelf, net als hij, aan de kant schuif, me totaal toewijd aan de ander. Hem volgen kan dus nooit betekenen dat ik mijn aardse werkelijkheid zou ontvluchten of ervan weglopen. Het is immers daar dat hij bij mij wil zijn, daar temidden van die harde realiteit. Wie zijn leven wil redden door te ontsnappen aan de werkelijkheid, zal het verliezen in irreële dromen. G-d is immers dé Werkelijkheid.